In februari 2023 startte mboRijnland een pilot voor de geïntegreerde leerroute in samenwerking met Oranje Nassau College Clauslaan (ONC) in Zoetermeer. Deze nieuwe aanpak is erop gericht om vmbo-leerlingen soepel door te laten stromen naar het mbo en een startkwalificatie te laten behalen, zonder een vmbo-examen af te leggen. De pilot is inmiddels afgerond en wordt als een groot succes beschouwd. Alle zeven leerlingen die zijn gestart hebben hun mbo niveau 2-diploma behaald.
“Het geheim zit ‘m in de investering op de relatie, de gezamenlijke ambitie en het vertrouwen in elkaar”, legt Marianne Molsbergen uit. Zij is initiatiefnemer en programmamanager van deze geïntegreerde leerroute (GLR) bij mboRijnland en vertelt welke uitdagingen beide instellingen tegenkwamen en hoe ze hiermee omgingen.
Start pilot
In februari 2023 ging de pilot van start met zeven leerlingen van ONC Clauslaan. De leerlingen stroomden zonder vmbo-diploma door naar mboRijnland en begonnen direct aan hun mbo-opleiding. Marianne: “Dit was een sprong in het diepe voor zowel leerlingen, ouders als docenten. Het vertrouwde pad van het behalen van een vmbo-diploma werd losgelaten en dat vroeg om vertrouwen in de nieuwe leerroute. Het bleek een omslag in denken over examinering en diplomering.”
Dankzij de nauwe samenwerking tussen mboRijnland en het ONC doorliepen alle zeven leerlingen het volledige traject, waarbij zes van hen in de zomer van 2024 hun diploma behaalden. Een leerling kreeg meer tijd om zijn kwalificatie af te ronden. Twee van hen stroomden door naar een niveau 3 en 4-opleiding.
Gieta Pultoo, teamleider Zorg & Welzijn van ONC Clauslaan: “De werkgroep GLR heeft zich gecommitteerd om deze leerroute tot een succes te maken. We stellen ons flexibel op, sparren met elkaar en blijven samenwerken in het belang van onze leerlingen.”
Investeren in relaties en vertrouwen
Het succes van de geïntegreerde leerroute komt volgens Marianne Molsbergen voort uit de sterke samenwerking tussen mboRijnland en het ONC. “Dat klinkt gemakkelijk, maar is het geenszins, omdat een geïntegreerde leerroute verbinding vraagt over de muren van de eigen organisatie heen. Het vraagt daarmee om continue aandacht van betrokkenen, om onderhoud, prioritering en moeite willen doen. Op inhoud, maar vooral op de relatie.” In een project als dit zijn obstakels onvermijdelijk. Marianne noemt bijvoorbeeld het probleem met de registratie van leerlingen op het digitale platform Scholen op de Kaart. De ONC-leerlingen werden onterecht als ‘afstroom’ geregistreerd, terwijl ze bezig waren met hun mbo-opleiding, maar tegelijkertijd nog wel stonden ingeschreven bij het ONC. Dit straalde negatief af op de schoolprestaties van het ONC.
Dankzij de open, heldere communicatie tussen beide scholen, kon dit issue openlijk worden besproken. “We hebben breder contact gezocht met ons netwerk in het land en het vervolgens aangekaart bij het ministerie van OCW. “Het ONC had het geloof in een geïntegreerde leerroute op dat moment ook kunnen loslaten”, vertelt Marianne. Dat gebeurde niet. Beide scholen bleven samenwerken, ondanks deze hobbel De betrokkenheid en gezamenlijke ambitie om de leerlingen toe te leiden naar een startkwalificatie, zorgden hiervoor.
Praktische uitdagingen en maatwerk
Een andere hobbel was het gebruik van de OV-kaart door de leerlingen. De studenten stonden officieel nog ingeschreven bij het ONC, maar volgden al lessen bij mboRijnland. Dit zorgde voor verwarring over hun recht op een OV-kaart. Studenten kregen een brief dat ze onterecht gebruikmaakten van een OV-kaart, terwijl ze daar als mbo-student wel recht op meenden te hebben. Deze OV-kaart hadden de studenten wel nodig om naar hun stageplek te kunnen reizen.
Uiteindelijk nam Marianne Molsbergen contact op met het ministerie van OCW om dit issue aan te kaarten. Dit leidde tot erkenning van het probleem; de wet zal worden aangepast, zodat toekomstige leerlingen in een vergelijkbare situatie wel recht hebben op een OV-kaart. Tot die tijd investeren beide onderwijsinstellingen in dit traject door de stagereiskosten van deze studenten te vergoeden. Ook dit succes is te danken aan de goede samenwerking en het vertrouwen tussen de betrokken partijen.
Sluitende begeleiding sleutel tot succes
Begeleiding van de vaak nog jonge leerlingen is een van de sleutels tot succes in deze leerroute. In de eerste lichting (feb 2023) werden leerlingen intensief begeleid door zowel hun mentor van het ONC als de studieloopbaanbegeleider (slb’er) van mboRijnland. Dit zorgde ervoor dat leerlingen die dreigden af te haken, alsnog gemotiveerd bleven om door te gaan met hun opleiding. Marianne benadrukt het belang van nauwe samenwerking tussen de mentoren en slb’ers: “Als de handen van de begeleiders niet goed op elkaar zijn, kan een leerling gaan zwalken en dwalen.”
Gieta voegt hieraan toe: “We blijven betrokken bij de leerlingen. Zo nodigen we de leerlingen die midden in het jaar de overstap hebben gemaakt, wel uit voor de diploma-uitreiking aan het einde van het schooljaar. Ze ontvangen (nog) geen diploma, maar wel een plek op het podium en in de schijnwerpers met klasgenoten en de mentor.”
In de tweede lichting (feb 2024) bleek dat een iets stroevere afstemming tussen nieuwe mentoren en veel wisselingen te leiden tot meer verzuim en soms tot iets minder motivatie bij een aantal studenten. Hieruit werd de les geleerd dat mentoren vanaf het begin betrokken moeten zijn bij het traject, zodat ze de studenten optimaal kunnen begeleiden. In het nieuwste ontwerp van de GLR (2025) is de gezamenlijke begeleiding zelfs doorontwikkeld tot een USP.
Voordelen geïntegreerde leerroute voor student
Het grootste voordeel van de geïntegreerde leerroute is volgens Marianne de ‘zachtere landing’ voor de leerlingen. In plaats van abrupt de overstap te maken van vmbo naar mbo, krijgen leerlingen de kans om in een half jaar rustig te wennen aan hun nieuwe omgeving en de vakken die ze op het mbo gaan volgen. Bovendien betekent het er tussenuit halen van het vmbo-diploma ook, dat de leerling niet het hoofd hoeft te breken op een vmbo-vak, wat minder relevant is voor zijn/haar vervolgopleiding, zoals bijvoorbeeld economie voor een opleiding in de kinderopvang. Studenten gaan in deze route eerder op stage; leren door te doen is voor veel van deze leerlingen een prettige manier om zich verder te ontwikkelen.
Daarnaast hebben de leerlingen in het eerste half jaar meer tijd om hun taal- en rekenvaardigheden te verbeteren, wat hen helpt om uiteindelijk een mbo-diploma te halen. Het doel is niet per se om de opleiding sneller te doorlopen, wat tot de mogelijkheden behoort, maar om ervoor te zorgen dat elke student een startkwalificatie behaalt. Dit vergroot voor de student de kans op een baan.
Toekomstige uitbreidingen
Hoewel de pilot klein begon, met zeven leerlingen, verwacht Marianne dat in de toekomst veel meer leerlingen kunnen profiteren van deze geïntegreerde leerroute. Het succes van de eerste lichting heeft al geleid tot een verdubbeling van het aantal leerlingen in de tweede lichting.
Betere kansen
De geïntegreerde leerroute van mboRijnland en ONC is een succesvol voorbeeld van hoe regionale samenwerking tussen verschillende scholen kan leiden tot betere kansen voor leerlingen. Ondanks de uitdagingen hebben de betrokken scholen laten zien dat een flexibele en op de student gerichte aanpak bijdraagt aan het behalen van een startkwalificatie. Dit succes biedt perspectief voor verdere groei en ontwikkeling van deze leerroutes in de toekomst.