Elisa student BOL-opleiding Haarstylist

Elisa (18) volgt de BOL-opleiding Haarstylist bij mboRijnland in Leiden. “Het leukste aan de kappersopleiding vind ik onze gemotiveerde klas en de persoonlijke aandacht van de docenten. We zijn geen nummer, maar kennen elkaar echt!”

Nu loopt Elisa twee dagen per week stage bij een kapsalon. Ze mag al verven en op een lengte knippen. Over een half jaar is Elisa klaar en kan ze volledig meedraaien in de salon. Maar ze wil eerst een vervolgopleiding bedrijfsleider of manager volgen. “Dan kan ik behalve in een kapsalon bijvoorbeeld ook voor tv, een fotograaf of andere bedrijven werken. Het is sowieso goed om een extra diploma op zak te hebben,” vertelt Elisa.

Persoonlijk contact

Bij mboRijnland kennen de docenten en studenten elkaar goed. “Ik zit in een klas met 22 studenten en we krijgen les van zo’n 7 docenten. Omdat we met een kleine en gemotiveerde groep zijn, kennen de docenten ons persoonlijk. Dat is leuk!”

Een SLB’er staat altijd voor je klaar

Iedereen bij mboRijnland heeft een SLB’er. “Dat is een studieloopbaanbegeleider bij wie je terecht kunt met vragen en/of problemen. Elk studiejaar worden er sowieso een paar momenten ingepland om bij te kletsen, maar tussendoor kan ik ook altijd bij mijn SLB’er terecht met vragen of als ik hulp nodig heb. Bijvoorbeeld met stages, huiswerk of als ik de opleiding langzamer of sneller zou willen doen.”

Studiekeuzegesprek

Als je je inschrijft bij mboRijnland krijg je eerst een studiekeuzegesprek voordat je met de opleiding begint. “Hierin willen de docenten jou beter leren kennen. Je vertelt over je thuissituatie, je motivatie voor de opleiding en school en over wat je er later mee wilt doen. Wat heel handig is, is dat je in dit gesprek je eigen vragen ook gemakkelijk nog even kunt stellen!”

Gezellige Open Dag

De Open Dagen bij mboRijnland zijn goed georganiseerd én heel gezellig en handig. Op internet kun je natuurlijk veel informatie vinden, maar je kunt de sfeer van een school goed proeven als je ook echt ernaartoe gaat. En van wie kun je beter horen hoe de studie is dan van studenten en docenten?”